Platform Bio-Economie beoogt om het volle potentieel van de verdere en versnelde ontwikkeling van Bio-Economie als een belangrijke pilaar onder Nederlandse duurzame economische ontwikkeling te oogsten. PBE ziet nieuwe bedrijvigheid naast het omkatten van bestaande bedrijven naar een duurzamer leest, en de internationale markt als een belangrijke speerpunt. In de afgelopen Business Meetings hebben we ons in het bijzonder gericht op de rol van kennisintensieve Midden- en Kleinbedrijfin de bio-economie en in het bijzonder de starters, alsmede de rol van durfkapitaal. Daarnaast hebben we ons gericht in aparte bijeenkomsten ook op de nieuwe biobased waarde ketens, op het verantwoord beheer van dergelijke ketens wat in het bijzonder van belang is voor het betreden van de internationale markt.
Op de BUM van 24 maart stonden de kennisintensieve biobased MKBs centraal. Achtereenvolgens spraken de CEOs van Chaincraft (Niels van Stralen), Delft Advanced Biorenewables (Eric van der Meer) en Vertoro (Michael Boot). Opvallend is de diversiteit van technologische platforms, grondstoffen en producten (van commodity producten als advanced fuels tot hoge toegevoegde waarde specialties), die stuk voor stuk nieuwe dimensies in de bioeconomie openen. Een ander opvallend punt is dat deze bedrijven over het gehele land verspreid gevestigd zijn: Chaincraft in Amsterdamse Haven Industrieel complex), DAB op de Biotech Campus in Delft en Vertoro op de Brightside Campus (Chemelot) in Limburg.
Ze hebben allen hun ontstaansgeschiedenis in Nederlandse universiteiten (WUR igv Chaincraft, TU Delft igv DAB and Tue igv Vertoro). Dat geeft vertrouwen in de Nederlandse universiteiten als kraamkamer voor starters en brede mogelijkheden ongeacht lokatie. Alhoewel PBE in essentie een industrie-organisatie is, zijn wij nu routes aan het onderzoeken om academische partijen bij PBE doelstellingen te betrekken, gezamenlijk toewerkend naar een daadwerkelijk Circular Biobased Nederland.
Als PBE zien we onze stelling onderstreept dat het verstandig is om Nederland-breed op te trekken, juist ook met betrekking tot verdere verbetering van het biobased starterklimaat, en eventuele obstakels zoveel mogelijke nationaal weg te nemen. Naast de aangekondigde topdown macro-economische en klimaatimpactverkenning, zien we ook een belangrijke rol voor een parallelle nationale inventarisatie van issues op het niveau van individuele bedrijven (bottom-up). Meer over zo’n micro-economische verkenning binnenkort.
Nieuwe bedrijvigheid vraagt nieuwe financiering. Op de BUM sessie van 23 juni rond durfkapitaal spraken Bram Ledeboer and Peter van Nieuwenhuizen, investment partners bij respectievelijk SHIFT Invest gevestigd te Amstelveen, en European Circular Biobased Fund dat Europa-breed opereert. De takehome messages van het goed bezochte seminar waren (1) de noodzaak tot het wegnemen van belemmeringen voor biobased scale-ups in termen van regelgeving en (2) beschikbaarheid van investors voor vervolgrondes en en verdere groei van de ondernemingen in de vroege fase. Beide sprekers benadrukten ook de noodzaak voor meer samenwerking tussen venture capital fondsen, en minder fragmentatie van de investeerders zelf met het oog op risicodeling. Dit onderstreept de stellingname van PBE dat samenwerking ook op dit gebied een prioriteit is om ten volle de vruchten van de bio-economie te oogsten.
Nieuwe en internationale waardeketens. Van oudsher zijn Nederlandse biobased bedrijven zeer actief op de internationale markt met betrekking tot biomassaimport, -transport en –verwerking zowel binnen Nederland als Europa. Met de nieuwe richtlijnen van de EU (REDII) als basis werkt de markt toe naar hoogwaardige toepassing van duurzame grondstoffen. ‚Hoogwaardig‘ geldt zowel voor eindproducten in termen van toegevoegde waarde als voor de duurzaamheid van grondstoffen en hun verwerking (cascadering). met betrekkening tot CO2 vastlegging en biodiversiteit. Nederlandse Havens spelen hierbij een centrale rol, waarbij monitoring en controle van de biomassaketens via een gegarandeerde Chain of Custody verdere (duurzaamheids)waarde en garanties toevoegt en risico’s verlaagt. Hetzelfde geldt voor internationale partnerships tussen Europese en metname ZuidAmerikaanse spelers, gegeven het enorme biomassapotentiel van de laatsten. Daar waar het betreden van de internationale markt een uitdaging kan zijn voor de individuele ondernemer, helpt het organiseren van op grotere schaal om risico’s voor die individuele spelers te verkleinen of zelfs weg te nemen. In seminars op 29 juni en 1 juli bracht PBE een aantal spelers op deze onderwerpen bij elkaar. Om dit moment bekijken wij hoe we verdere projecten kunnen inrichten tbv PBE donateurs – zoals bijvoorbeeld deelname aan het Biofutures Platform en door bij te dragen aan de opkomende Brusselse consultatie en roadmapontwikkeling mbt bio-economie. Dat laatste hebben we overigens wederom gedaan met de zich ontwikkelende coaltie onder de werktitel Circular Biobased Netherlands, waarvoor de meest prominente biobased spelers hebben getekend. Zie voor concrete tekst van PBE voor CBN spelers hier op de EC website.
Naast deze gezamelijke projecten staan de ontwikkeling van de investeringsagenda en verdere uitwerking van een proactief communicatieplan op de PBE agenda om het volle potentieel van de verdere en versnelde ontwikkeling van Bio-Economie als een belangrijke pilaar onder Nederlandse duurzame economische ontwikkeling te oogsten.
Luuk van der Wielen
Bestuursvoorzitter, Platform Bio-Economie.
September 2021